4

Erik van der Horst blinkt uit in Orkaters Lutine

‘Wat een fantastisch verhaal, hoe verzinnen ze het’, zeggen twee bezoeksters op het terras  van West aan Zee direct nadat ze Lutine van Orkater hebben gezien.  Het verhaal over het goudschip dat in 1799 verging in het Stortemelk tussen Vlieland en Terschelling is inderdaad zo fantastisch dat Geert Lageveen en Leopold Witte het van a tot z verzonnen zouden hebben kunnen hebben. Maar niets  is minder waar.

Journalist Martin Hendriksma verdiepte zich jarenlang in de verhalen rondom de gezonken Lutine en tekende de geschiedenis op in zijn gelijknamige boek. Hij gaf het aan Geert Lageveen met de woorden: ‘Kijk maar wat je ermee doet, en als je  het niets vindt, dan gooi je het maar weg’.  Maar Geert raakte in de ban van de sterke verhalen over het gezonken schip en besloot er samen met  zijn vaste theaterkompaan Leopold Witte en Erik van der Horst natuurlijk speciaal voor Oerol een voorstelling  van te maken.

De tribune op Strand West biedt uitzicht op een houten podium, het zand en de woeste zee. In de verte zitten twee mannen in pak op een stoel. Als de voorstelling begint,  nemen ze hun stoel op en lopen ermee naar het podium waar ze beginnen te vertellen over het schip. Ze doen dat voor hen op de zo vertrouwde manier: luchtig  en met veel goedgeplaatste grappen tussendoor. Daarbij wisselen ze steeds van rol. Dan weer zijn ze zichzelf, even later de burgemeester van het eiland en zijn vrouw die op zoek gaan naar het goud en zilver en dan weer andere goudzoekers. De voorstelling krijgt een wending als Leopold een van de spijkers van de Lutine die hij van Hendriksma heeft gekregen  laat vallen . Lageveen en Witte breken heel het podium af om de spijker terug te vinden. Daarbij vinden ze van alles maar geen spijker.

De zoektocht naar de spijker staat symbool voor de onmogelijke zoektocht naar het goud van de Lutine dat vanwege verschuivende zandbanken onvindbaar is geworden. Door de eeuwen heen zijn er steeds weer goudzoekers geweest  die heel hun hebben en houden verkochten om een zoekactie op poten te zetten. Alleen  de Volendammers die leefden van de zee  vonden zo nu en dan een goudstaaf waar de welvaart van hun dorp deels op zou zijn gebouwd.

Michiel de Regt regisseerde met goed gevoel voor balans tussen beeld geluid en tekst. Erik van der Horst die de voorstelling met gitaar en zang ondersteunt, blinkt vooral  uit in zijn rollen als Volendammer die met een vet accent zijn verhaal vertelt en als goudzoeker die als een machine voor vijf gulden diepte in moet en verdrinkt. Het klinkt inderdaad te fantastisch om waar te zijn, maar hoewel feit en fictie soms moeilijk te scheiden zijn, ligt de Lutine nog steeds op de bodem van de zee en is er ook nu weer een nieuwe expeditie gepland om  het goudschip na ruim twee eeuwen eindelijk boven water te krijgen.

Orkater, Lutine, gezien op 14 juni 2015 op Oerol

Foto: Ben van Duin

In het laatste nummer van Scenes schrijft Martin Hendriksma -redactielid van ons magazine- over hoe zijn boek een voorstelling werd.
 

Meer weten