Nieuwe initiatieven voor Nederlandse toneelschrijfkunst

Er komt een regelmatige Bellevue-avond voor nieuwe Nederlandse toneelteksten. Het Fonds voor de Podiumkunsten gaat onderzoeken of het een nieuwe subsidieregeling voor toneelauteurs kan ontwerpen en jonge toneelschrijvers kunnen bij Het Nationale Toneel aankloppen voor een voorprogramma bij een toneelvoorstelling. 

Het is een fraaie opbrengst van een dagje praten over toneelschrijverij. Ruim honderdvijftig mensen bezochten vandaag het symposium Tekst!, georganiseerd door de Tekstsmederij en Bellevue. Maar er is nog meer positief nieuws over nieuwe Nederlandse toneelteksten. Uit een recent onderzoekje van de Toneelsmederij onder bezoekers van Theater Kikker en Stadsschouwburg Utrecht blijkt dat een derde van de ondervraagden meer nieuw Nederlandstalig repertoire wil zien. In vakkringen wordt altijd gemopperd dat je daarmee de zaal niet vol krijgt. Dat is onterecht, stelde Diederik Hummelinck. Hij produceerde onder meer De Kus dat meer dan honderd speelbeurten beleefde. Uitzonderlijk gaf Hummelinck direct toe, maar ook Moesson, een nieuwe tekst van Eric Schneider, trekt momenteel volle zalen. Daar komt bij dat de grootste toneelhit van de laatste jaren, De Verleiders, ook een nieuwe tekst is. Auteur en speler George van Houts viert daarnaast nieuwe triomfen met het derde deel van zijn Verleiders-trilogie, getiteld Door de bank genomen dat enkele weken geleden goede kritieken kreeg en ook door het publiek enthousiast is onthaald.

Klassiekers in grote zalen, nieuwe teksten in kleine zalen
In verschillende werkgroepen werd de toneelschrijfkunst van diverse kanten belicht. In discussies kwam regelmatig het verschil tussen de grote en de kleine zaal aan de orde. In de kleine zalen worden veel nieuwe toneelteksten gespeeld, terwijl in de grote zaal Shakespeare en Tsjechov overheersen, naast de onvermijdelijke boekbewerkingen. Van de grote gezelschappen is het Ro Theater het enige dat consequent nieuwe teksten speelt, ook van jonge auteurs als Rik van den Bos. Bij het slotdebat verklaarde dramaturg Cecil Brommer dat het schrijven van toneel voor de grote en de kleine zaal niet wezenlijk verschilt. Of een voorstelling geschikt is voor de grote zaal hangt veel meer af van de enscenering dan van de geschreven tekst, aldus Brommer. Over de vraag in hoeverre de grote gezelschappen een verantwoordelijkheid hebben voor het brengen van nieuw repertoire, bleek geen consensus te bestaan. Dat is merkwaardig. Immers, het publiek in de grote zaal vergrijst al jaren en aanwas van jong talent is er nauwelijks. Als de grote gezelschappen daar geen verantwoordelijkheid voor nemen, hoe ziet het repertoire in de grote zaal er dan uit over twintig jaar? Vandaag onstonden nieuwe plannen. Die zijn dus heel erg pril en of deze snel gerealiseerd worden is afwachten. Maar de toezeggingen van Jeannette Smit van Bellevue, Henriëtte Post van het Fonds en Remco van Rijn van het Nationale Toneel zijn bemoedigend. 

Tekst: Jos Schuring

Meer weten

Genre: